“Ik ben wél een heks,” zei ik ruim twee jaar geleden tegen de man die ik net had leren kennen. Ik zag een mengeling van emoties over zijn gezicht trekken; zijn mond lachte, zijn wenkbrauwen stonden in een vragende positie en zijn ogen schitterden van nieuwsgierigheid. Hij wist zich na deze mededeling duidelijk geen houding te geven en dus stak ik maar van wal met mijn uitleg dat hekserij voor mij een levenswijze is die heel veel voor me betekent, dat ik al jaren een website bijhield waar ik veel mee bezig ben, jaarfeesten organiseerde, hogepriesteres ben van een eigen coven en ook van plan was om workshops te gaan geven en er mijn werk van te maken. Als hij hier niets mee zou hebben, zou de kennismaking bij deze direct zijn afgelopen. Gelukkig snapte hij het gelijk: “Zo heeft iedereen zijn passie en als dit voor jou heel veel betekent, dan is dat alleen maar heel erg mooi en bijzonder. Het hoort bij jou.” Na deze opmerking wist ik dat het goed zat tussen ons en nu twee jaar later ben ik bezig om mijn droom te verwezenlijken. Met steun van mijn vriend en andere vrienden om me heen.
“Toch dacht ik dat je ánders heks zou zijn.” zei hij laatst. “Dat je meer buiten zou zijn, bijvoorbeeld.” Daar heeft hij wel een punt. We wonen sinds enkele maanden samen, in een dorp omringd door natuurgebieden, niet ver bij ons huis vandaan. Maar ik ben nu eenmaal een digi- en een schrijfheks. En die twee zijn voor mij onlosmakelijk met elkaar en met de computer verbonden. Dat betekent dat ik vrijwel de hele dag achter de pc zit te schrijven: teksten voor de website, readers voor de workshops die ik geef, lesstof voor mijn cursussen, mijn boeken, informatieboekjes die ik ter zijner tijd wil verstrekken, columns voor het Onkruid Magazine waar ik nu voor schrijf, artikelen voor andere tijdschriften, een schriftelijke cursus die ik aan het uitwerken ben, rituelen voor de open jaarfeestvieringen… Alles wat ik doe heeft met schrijven te maken. Een dag heeft nu eenmaal maar vierentwintig uur, waarvan ik er ook minimaal zes moet slapen. Helaas. Of misschien juist wel ‘gelukkig’, anders zou ik non stop doorgaan.